603679 - Geheel rechts, met bezem, J.B.H. de Cocq. Hier is hij waarschijnlijk als winkelbediende werkzaam bij een onbekende Tilburgse werkgever. De andere twee personen zijn onbekend. Johannes Baptist Henricus de Cocq, geboren te Tilburg op 5 juli 1840 als zoon van Norbertus de Cocq en Petronella Kuijpers. Hij trad op 19 mei 1870 te Tilburg in het huwelijk met Hendrika Smeulders. In de huwelijksakte wordt als beroep van Johannes winkelbediende vernoemd. Johannes B.H. de Cocq werd ook wel Drik of Dirk genoemd. Hij had echter al het een en ander meegemaakt. Als Rooms Katholiek vertrok hij in 1866 naar Rome om als zouaaf het Pauselijke leger te versterken om de stad Rome te verdedigen tegen de Italiaanse eenwording. De pauselijk staat werd bedreigd en de aanval op Rome stond onder leiding van Giuseppe Garibaldi. In februari 1866 werd Johannes de Cocq ingeschreven als zouaaf in Rome, aanvankelijk voor de duur van twee jaar. Hij vocht onder andere mee in de slag om Mentana. Begin 1868 zou hij eervol ontslag moeten krijgen maar bleef langer in dienst van het zouavenleger. Uit aantekeningen van correspondentie uit 1868, uitgewisseld tussen fraters, blijkt dat hij niet heeft bijgetekend maar met toestemming van de commandant voor onbepaald tijd in dienst zou blijven. In februari 1868 werd hij onderscheiden met het erekruis Fidei et Virtuti. Paus Pius IX reikte persoonlijk de onderscheidingen uit en “De Cocq trok hij aan zijn kneveltje en gaf hem een tik op de wang dat het klinkte”. Voor 1870 keerde Johannes terug naar Tilburg. Van beroep werd hij winkelbediende, wellicht naar aanleiding van een verzoek dat hij al in 1867 aan een frater richtte. Jan zag er tegen op naar Tilburg terug te keren en zich “te moeten begeven in het dagelijks verkeer van het fabrieksvolk”. Hij verzocht via de frater dan ook om plaatsing in Tilburg als koster of werkman bij een pastoor of iets dergelijks. In 1891 ontving Johannes opnieuw een pauselijke onderscheiding, de bronzen medaille Bene Merenti. Van juni 1908 tot aan zijn overlijden op 6 november 1909 verbleef Johannes in het Liefdegesticht te Hilvarenbeek. Op zijn bidprentje staat echter als overlijdensplaats Tilburg vermeld. Er wordt op het prentje wel verwezen naar zijn zouavenperiode “Hij besloot moedig ten strijde te trekken omdat de heilige stad (Rome) bedreigd werd. - Foto's & Kaarten

Geheel rechts, met bezem, J.B.H. de Cocq. Hier is hij waarschijnlijk als winkelbediende werkzaam bij een onbekende Tilburgse werkgever. De andere twee personen zijn onbekend. Johannes Baptist Henricus de Cocq, geboren te Tilburg op 5 juli 1840 als zoon van Norbertus de Cocq en Petronella Kuijpers. Hij trad op 19 mei 1870 te Tilburg in het huwelijk met Hendrika Smeulders. In de huwelijksakte wordt als beroep van Johannes winkelbediende vernoemd. Johannes B.H. de Cocq werd ook wel Drik of Dirk genoemd. Hij had echter al het een en ander meegemaakt. Als Rooms Katholiek vertrok hij in 1866 naar Rome om als zouaaf het Pauselijke leger te versterken om de stad Rome te verdedigen tegen de Italiaanse eenwording. De pauselijk staat werd bedreigd en de aanval op Rome stond onder leiding van Giuseppe Garibaldi. In februari 1866 werd Johannes de Cocq ingeschreven als zouaaf in Rome, aanvankelijk voor de duur van twee jaar. Hij vocht onder andere mee in de slag om Mentana. Begin 1868 zou hij eervol ontslag moeten krijgen maar bleef langer in dienst van het zouavenleger. Uit aantekeningen van correspondentie uit 1868, uitgewisseld tussen fraters, blijkt dat hij niet heeft bijgetekend maar met toestemming van de commandant voor onbepaald tijd in dienst zou blijven. In februari 1868 werd hij onderscheiden met het erekruis Fidei et Virtuti. Paus Pius IX reikte persoonlijk de onderscheidingen uit en “De Cocq trok hij aan zijn kneveltje en gaf hem een tik op de wang dat het klinkte”. Voor 1870 keerde Johannes terug naar Tilburg. Van beroep werd hij winkelbediende, wellicht naar aanleiding van een verzoek dat hij al in 1867 aan een frater richtte. Jan zag er tegen op naar Tilburg terug te keren en zich “te moeten begeven in het dagelijks verkeer van het fabrieksvolk”. Hij verzocht via de frater dan ook om plaatsing in Tilburg als koster of werkman bij een pastoor of iets dergelijks. In 1891 ontving Johannes opnieuw een pauselijke onderscheiding, de bronzen medaille Bene Merenti. Van juni 1908 tot aan zijn overlijden op 6 november 1909 verbleef Johannes in het Liefdegesticht te Hilvarenbeek. Op zijn bidprentje staat echter als overlijdensplaats Tilburg vermeld. Er wordt op het prentje wel verwezen naar zijn zouavenperiode “Hij besloot moedig ten strijde te trekken omdat de heilige stad (Rome) bedreigd werd.

DownloadbaarSystem.Collections.Generic.List`1[System.String]
FotonummerSystem.Collections.Generic.List`1[System.String]
Plaats(en)System.Collections.Generic.List`1[System.String]
Datering vanafSystem.Collections.Generic.List`1[System.String]
HerkomstSystem.Collections.Generic.List`1[System.String]
Uiterlijke vormSystem.Collections.Generic.List`1[System.String]
Uitgebreide omschrijvingSystem.Collections.Generic.List`1[System.String]
AnnotatieSystem.Collections.Generic.List`1[System.String]
Datum

603679 - Geheel rechts, met bezem, J.B.H. de Cocq. Hier is hij waarschijnlijk als winkelbediende werkzaam bij een onbekende Tilburgse werkgever. De andere twee personen zijn onbekend.

Johannes Baptist Henricus de Cocq, geboren te Tilburg op 5 juli 1840 als zoon van Norbertus de Cocq en Petronella Kuijpers. Hij trad op 19 mei 1870 te Tilburg in het huwelijk met Hendrika Smeulders.  In de huwelijksakte wordt als beroep van Johannes winkelbediende vernoemd. Johannes B.H. de Cocq werd ook wel Drik of Dirk genoemd. 

Hij had echter al het een en ander meegemaakt. Als Rooms Katholiek vertrok hij in 1866 naar Rome om als zouaaf het Pauselijke leger te versterken om de stad Rome te verdedigen tegen de Italiaanse eenwording. De pauselijk staat werd bedreigd en de aanval op Rome stond  onder leiding van Giuseppe Garibaldi.
In februari 1866 werd Johannes de Cocq ingeschreven als zouaaf in Rome, aanvankelijk voor de duur van twee jaar. Hij vocht onder andere mee in de slag om Mentana. Begin 1868 zou hij eervol ontslag moeten krijgen maar bleef langer in dienst van het zouavenleger. Uit aantekeningen van correspondentie uit 1868, uitgewisseld tussen fraters, blijkt dat hij niet heeft bijgetekend maar met toestemming van de commandant voor onbepaald tijd in dienst zou blijven. 
In februari 1868 werd hij onderscheiden met het erekruis Fidei et Virtuti. Paus Pius IX reikte persoonlijk de onderscheidingen uit en “De Cocq trok hij aan zijn kneveltje en gaf hem een tik op de wang dat het klinkte”.
Voor 1870 keerde Johannes terug naar Tilburg. Van beroep werd hij winkelbediende, wellicht naar aanleiding van een verzoek dat hij al in 1867 aan een frater richtte. Jan zag er tegen op naar Tilburg terug te keren en zich “te moeten begeven in het dagelijks verkeer van het fabrieksvolk”. Hij verzocht via de frater dan ook om plaatsing in Tilburg als koster of werkman bij een pastoor of iets dergelijks.
In 1891 ontving Johannes opnieuw een pauselijke onderscheiding, de bronzen medaille Bene Merenti. 

Van juni 1908 tot aan zijn overlijden op 6 november 1909 verbleef Johannes in het Liefdegesticht te Hilvarenbeek. Op zijn bidprentje staat echter als overlijdensplaats Tilburg vermeld. Er wordt op het prentje wel verwezen naar zijn zouavenperiode “Hij besloot moedig ten strijde te trekken omdat de heilige stad (Rome) bedreigd werd.
Contact en informatie
sluit Hulp nodig?
We helpen je graag van maandag t/m vrijdag van 10:00 tot 16:00 en van 19:00 tot 22:00 uur via chat.
Op dit moment zijn we offline. Je kunt je vraag wel stellen via een e-mail naar info@regionaalarchieftilburg.nl.

sluit Online op dit moment
chatOnline -
Stel een vraag