Nieuwe aanwinst: een haarfijne herinnering

12
03-05-2022
  • uit de beeldcollectie
  • haarwerk
  • Tilburg
  • aanwinst

Bij Regionaal Archief Tilburg zien we dagelijks bijzondere dingen, maar soms trekt een schenking extra aandacht. Dit is het geval bij het recent verworven portret van Maria Anna van Riel - Van de Pol (1863-1920). Op het eerste oog lijkt het 'gewoon' een foto met decoratie in een baklijst, maar wie beter kijkt ontdekt een verrassend detail. De bruine guirlande is namelijk gemaakt van menselijk haar. Het haar van Maria Anna om precies te zijn.

Een herinnering in haar

Het gebruik van menselijk haar roept bij menigeen wellicht een gevoel van afschuw op, maar als je een blik werpt op de traditie van zogenaamde haarwerken kom je tot de conclusie dat het juist een warm en liefdevol gebruik is.

Voor de uitvinding van de fotografie was het minder vanzelfsprekend om een tastbare herinnering aan een geliefde te hebben. Geschilderde portretten waren kostbaar en tijdrovend om te produceren. Daarnaast is een afbeelding slechts een afgeleide van de persoon in kwestie. Een lokje haar gaf juist een betaalbare mogelijkheid om daadwerkelijk een stukje van een geliefde bij je te dragen.

Voor dit doel werd menselijk haar onder andere in sieraden verwerkt. Denk aan gevlochten armbanden of medaillons met een lokje haar. Dit soort objecten werden gedragen ter herinnering aan een levend persoon, bijvoorbeeld een verloofde of goede vriend, maar hadden ook een functie als rouwobject bij het verlies van een geliefde. In deze laatste traditie valt het portret van Maria Anna te plaatsen.

Haarschilderijen: een rijke traditie in een notendop

Aan het einde van de achttiende eeuw ontstaan de eerste haarschilderijen. Deze dienden meestal ter herinnering aan een overledene. De werkjes konden bestaan uit een geschilderd portretje omlijst met haar, maar soms werden voorstellingen ook volledig opgebouwd uit haar. Hierbij werd vaak gebruik gemaakt van beeldtaal rondom de dood,  zoals begraafplaatsen, schedels en treurwilgen.

De populariteit van haarschilderijen nam in de negentiende eeuw een vlucht. Onder invloed van de Romantiek ontstond een belangstelling voor menselijke emoties, dramatiek én rouw. De memoriestukken met menselijk haar werden complexer en er werden zelfs handboeken gepubliceerd met instructies om zelf haar te verwerken.

Met de ontwikkeling van de fotografie werden beeltenissen van geliefden voor een groter publiek beschikbaar. Hierdoor werden haarwerken rond 1900 minder relevant. Toch verdween de traditie niet, zoals het portret van Maria Anna bewijst. Het is daarmee een bijzonder onderdeel van een eeuwenlange internationale traditie.

Het leven van Maria Anna van Riel – Van de Pol

Het haarwerk van Maria Anna werd aan Gemeente Tilburg geschonken door haar kleindochter en achterkleinzoon. Hierdoor is het verhaal van de geportretteerde ook overgeleverd. Maria Anna van de Pol werd op 21 september 1863 in Tilburg geboren als dochter van Norbertus van de Pol en Klasina van Beurden. In 1886 trouwde ze met Adrianus Franciscus van Riel (1862-1936) en uit het huwelijk werden maar liefst elf kinderen geboren: Maria Anna (1886), Petrus (1888), Eduard (1890), Bernhard (1892), Josephina(1894), Elisabeth (1896), Henricus (1898), Huberta (1900), Anna [Ria] (1902), Antonia (1905) en tot slot Ludovicus (1908). Via de nazaten van Henricus Bernardus Johannes Maria van Riel is het haarwerk in de collectie van Regionaal Archief Tilburg gekomen.

Maria Anna moet een liefdevolle vrouw zijn geweest, al had ze geen makkelijk leven. Naast de zorg voor haar grote kinderschare had ze te kampen met de alcoholproblemen van haar echtgenoot. Frans van Riel zorgt echter wel voor een link met een ander bekend Tilburgs haarschilderij. In 1900 was hij namelijk getuige in het proces van de zaak Marietje Kessels. Hij trok echter zijn getuigenis is, mogelijk op verzoek van de kerk. Het haar van Marietje werd door de zusters van het Tilburgse Ursulinenklooster tot een memoriestuk verwerkt. Deze bevindt zich vandaag de dag in de collectie van Stadsmuseum Tilburg.

Een bijzonder Tilburgs haarwerk

Maria Anna stierf op 22 maart 1920. Ze was toen 56 jaar. Op haar sterfbed liet ze haar donkerbruine haren afknippen ten behoeve van een haarschilderij. Dit werd bij leven gedaan, omdat na het overlijden ‘de dood erin zou slaan’.

Waarschijnlijk is het haarwerk vervaardigd door de Tilburgse zusters van de Congregatie Onze Lieve Vrouwe. Maria Anna was hier namelijk bij leven beschermvrouwe. Opvallend zijn de prachtige details in het haarvlechtwerk. De bloemen zijn met uiterste precisie opgebouwd uit toeven haar. Onderaan zijn aren toegevoegd, welke zijn afgewerkt met grijze haren. De guirlande is afgezet met een fijn strikje van haar.

Aanvullend is een tweede haarverwerkingstechniek toegepast. Onder het portret is het woordje RIP te lezen. De afkorting van het Latijnse requiescat in pace is opgebouwd uit fijngeknipte haren die zijn verlijmd. Deze techniek werd met name in de vroegere haarwerken gebruikt voor het creëren van de meer decoratieve voorstellingen met begraafplaatsen en treurwilgen. Je ziet de verknipte haren ook terug in enkele bloemen in de guirlande.

Het haarschilderij van Maria Anna van de Pol – Van Riel is een bijzondere toevoeging aan de collectie van Regionaal Archief Tilburg. Het vertelt niet alleen het verhaal van een Tilburgse vrouw, maar laat zich ook plaatsen binnen de internationale rouwcultuur en nijverheidstradities. Hiermee overstijgt het object het lokale en verdient het met recht een beetje extra aandacht.

Meer lezen & kijken met haar:

Reageren

Contact en informatie
sluit Hulp nodig?
We helpen je graag van maandag t/m vrijdag van 10:00 tot 16:00 en van 19:00 tot 22:00 uur via chat.
Op dit moment zijn we offline. Je kunt je vraag wel stellen via een e-mail naar info@regionaalarchieftilburg.nl.

sluit Online op dit moment
chatOnline -
Stel een vraag