Cookies helpen ons onze services aan te bieden. Door onze services te gebruiken stemt u in met het gebruik van onze cookies.

Spaendonck, Robert Franciscus Antonius Ignatius van

Rob van Spaendonck
Volledige namen Robert Franciscus Antonius Ignatius van Spaendonck
Geboortedatum 30-07-1916
Geboorteplaats Tilburg
Adres Sint Josephstraat 93
Woonplaats Tilburg
Burgerlijke staat Ongehuwd
Beroep Fabrikant
Overlijdensdatum 26-05-1944
Plaats van overlijden Loonse en Drunense duinen
Bijzonderheden Op 26 mei 1944 in de Loonse en Drunense Duinen gefusilleerd vanwege zijn betrokkenheid bij de aanslag op Piet Gerrits.

Geef de oorlog een gezicht!

Kun jij ons helpen met het schrijven van het levensverhaal van deze persoon?

Hoewel het meer dan 75 jaar geleden is dat er een einde kwam aan de Tweede Wereldoorlog blijft het belangrijk de slachtoffers te herdenken. We willen door hun verhaal te vertellen de slachtoffers eren en de herinnering levend houden

Alle Tilburgse oorlogsslachtoffers zijn opgenomen in de Wiki Midden-Brabant en we streven er naar van ieder een levensbeschrijving en foto op te nemen.

Helaas hebben we van sommigen maar beperkte of soms helemaal geen informatie. We hebben jouw hulp nodig deze levensverhalen vast te leggen door ontbrekende informatie aan te vullen met verhalen of foto’s. We ontvangen je reactie graag via info@regionaalarchieftilburg.nl o.v.v. Wiki Oorlogsslachtoffers.


Spaendonck, Robert Franciscus Antonius Ignatius van, geboren in op Tilburg 30-7-1916, ongehuwd, textielfabrikant in Tilburg. Zoon van Franciscus Andreas Jozeph Maria van Spaendonck (1882-1936) en Maria Carolina Cornelia Loven (1883-1958). Van Spaendonck wordt op 26-05-1944 gefusilleerd in de Loonse en Drunense duinen.

Achtergrond (in bewerking)

Robert Franciscus Antonius Ignatius (Rob) van Spaendonck wordt in Tilburg geboren op 30 juli 1916. Zijn vader heet Franciscus Andreas Jozeph Maria (Frans) van Spaendonck. Vader Frans wordt geboren in Tilburg op 10 december 1882. Hij overlijdt daar op 31 maart 1936. Enkele maanden voor zijn dood valt hij na terugkomst van een diner met zijn vrouw in Antwerpen uit zijn rijdende auto. Zijn chauffeur kan de val niet helemaal verhinderen. Maria Carolina Cornelia Loven, moeder van Rob, wordt geboren in Steenbergen op 17 november 1883 en sterft in Tilburg op 3 juni 1958. De ouders van Rob trouwen op 27 januari 1908 in Tilburg. Het echtpaar woont in Tilburg achtereenvolgens op Noordstraat 90, Stationstraat 15 en vanaf 1927 op Sint Josephstraat 93 in villa ‘Rosegaerde’. De villa is in opdracht van vader Frans gebouwd. De Rooms-Katholieke echtelieden krijgen negen kinderen, vier dochters en vijf zonen. Rob is het zesde kind. Hij blijft na het overlijden van zijn vader bij zijn moeder inwonen, met een tussenverblijf in Berkel-Enschot in 1941. Rob is verloofd met Betty Janssens. Zijn twee oudste zussen, Henrietta en Anna, verhuizen in september 1925 voor enkele jaren naar de Oranje Nassaulaan 28/28a in Den Bosch, waar een kleine zustercommuniteit is gevestigd. Zij volgen de leraressen-opleiding aan de R.K. Huishoud- en Industrieschool op Julianaplein 2. De school ligt naast de genoemde communiteit en de nonnen uit de communiteit geven les op de school. Zus Maria Christina Johanna (Mies) trouwt in 1940 met Theo Dreesmann. Van de huwelijksdag zijn beeldopnamen bewaard gebleven, waarop ook Rob te zien is. Het gezin beschikt op Rosegaerde over een staf die bestaat uit een chauffeur-huisknecht, twee dienstmeisjes, een keukenmeisje, een bovenmeisje en een oude 'juf' die na de opvoeding van de kinderen in de villa is gebleven. Op Rosegaerde wordt over kunst gesproken, er hangen schilderijen en de villa is zorgvuldig ingericht. Na een diner gaan de heren roken in de 'herenkamer' en trekken de dames zich terug in de huiskamer.[1]

Café Restaurant Het Dorstige Hert, Tilburg 1943
Rob van Spaendonk staat tweede van links op de foto (met het touw in zijn mond). Bron: Regionaal Archief Tilburg.

Rob rijdt paard en is bestuurlijk actief in de Tilburgse IJs Sport Club (T.IJ.S.C.), die kortstondig ‘Tilburgse IJshockey Club’ heet. De club is opgericht in 1938. Bij de oprichting spelen bestuurders uit het veldhockey en van Willem II een sleutelrol. Tijdens de oprichtingsvergadering op 21 oktober 1938 wordt Joost van de Mortel, het latere oorlogsslachtoffer, tot commissaris van de club benoemd. Rob wordt eind 1941 voorzitter van T.IJ.S.C.[2]

Rob van Spaendonck wordt in de bronnen fabrikant genoemd, net als zijn vader Frans, grootvader Carolus, overgrootvader Andreas en betovergrootvader Gerardus. Vader Frans is vennoot en directeur van de fabriek André van Spaendonck & Zonen, Koestraat 168 in Tilburg. De fabriek is door Frans’ grootvader André opgericht. Een jaar na de dood van Frans volgt zijn weduwe Maria hem op als vennoot. Rob’s broer Charles wordt feitelijk de verantwoordelijke bestuurder van de fabriek, als formeel plaatsvervanger van zijn moeder. Anders dan publicaties zeggen, wijst niets erop dat Rob directeur is geweest van de fabriek. Wel heeft hij in de fabriek gewerkt. In de oorlog is de fabriek een S-Betrieb (Sperre Betrieb), wat inhoudt dat de werknemers in de fabriek zijn vrijgesteld van arbeidsinzet, omdat de fabriek belangrijk is voor de oorlogsproductie.[3]

Spinnerij van André van Spaendonck & Zonen
Bron: Regionaal Archief Tilburg

Rob’s broer Frans, geboren in 1920 en later ook actief bij T.IJ.S.C., wordt tijdens de oorlog net als zijn vrouw Celina Johanna Maria (Lien) Diepen lid van de verzetsorganisatie “Trouw”. Deze organisatie brengt de illegale krant met dezelfde naam uit en verspreidt deze. Broer Frans wordt in mei 1944 gearresteerd door drie agenten, onder wie de Tilburgse agent Piet Gerrits. Hij komt in meerdere gevangenissen en kampen terecht, waaronder Kamp Vught en Kamp Buchenwald. In Buchenwald in Duitsland sterft hij op 4 maart 1945. Hij laat zijn vrouw en een dochter achter.[4]

Ook Rob zit in het verzet, zo blijkt uit publicaties en familieverhalen. Hij spioneert, zendt berichten door naar Engeland, vangt piloten op en regelt hun transport naar België. Hij helpt onderduikers en anderen die door de bezetter worden vervolgd en verstrekt hen distributiebescheiden en persoonsbewijzen. Volgens zijn familie heeft hij ook hangars in brand gestoken en een tijdbom geplaatst in een gebouw in Den Bosch. Het meest bekend is Rob’s betrokkenheid bij de aanslag op agent Piet Gerrits.[5]

Villa Rosegaerde (Van Spaendonck)
Bron: Regionaal Archief Tilburg

Verzetsgroep van Wim Berkelmans

Begin 1944 is in Tilburg sprake van een verzetsgroep, die de geschiedenis in zal gaan als de verzetsgroep van Wim Berkelmans. De groep bestaat uit zeven personen: Wim Berkelmans, ambtenaar bij de gemeente Tilburg; Harry Verbunt, ambtenaar bij het Gewestelijk Arbeidsbureau (GAB) in Tilburg; Toon van Beek, agent bij de Tilburgse politie; Karel Aarts, ambtenaar bij het GAB in Tilburg; Barend Busnac, leerling-journalist uit Amsterdam; Albert Meintser, kunstschilder uit Amsterdam. Ook Rob van Spaendonck wordt tot deze groep gerekend. De groep is van plan een aanslag te plegen op de Tilburgse agent Piet Gerrits, hoewel het plegen van zo’n aanslag niet tot de illegale activiteiten van de groep hoort.[6]

Voor Toon van Beek en Karel Aarts zijn geen lemma’s geschreven; zij hebben de oorlog overleefd. Daarom worden beiden hieronder geïntroduceerd. Antonius Josephus Maria (Toon) van Beek is in Eindhoven geboren op 12 mei 1915 als zoon van Johannes van Beek, huisschilder, en van Johanna Maria van Eersel. Het katholieke gezin van Beek-van Eersel woont in Eindhoven en bestaat uit dertien kinderen (twee meisjes, elf jongens). Toon is het achtste kind. Hij trouwt in 1941 met Laura Camilla de Paepe in Tilburg, waar hij agent van politie is. Zij krijgen drie kinderen en wonen op Pagestraat 45 in Tilburg. Laura zit tijdens de oorlog in het verzet, net als haar echtgenoot. Toon sterft in 1987 in Tilburg.[7]

Carolus Wilhelmus Johannes (Karel) Aarts wordt geboren in de Tilburgse wijk Veldhoven op 12 september 1907. Karel is de jongste van twee kinderen (zoons) van Fredericus Jacobus Aarts, zadelmaker, en Johanna Henrica Gerrese. Vader sterft in 1921, zijn gezin woont dan op Noord-Besterdstraat 92. In 1925 verhuist moeder Johanna met haar zoons naar de Enschotsestraat, waar zij eerst op nummer 120 wonen en vanaf 1935 op nummer 141. Karel blijft tot 1964 op dit laatste adres wonen. Karel trouwt in 1947 met Helena Catharina Theodora Emerentiana van Rijzewijk en hij sterft in 1977 in Tilburg. Tijdens de oorlog werkt Karel als ambtenaar bij het Gewestelijk Arbeidsbureau in Tilburg, waar ook Harry Verbunt werkt.[8]

Mislukte aanslag op Piet Gerrits

Petrus Johannes (Piet) Gerrits wordt op 29 januari 1896 geboren in Gilze en wordt op 29 mei 1919 aangesteld als politieagent bij de gemeentepolitie Tilburg. Op 9 oktober 1940 wordt Gerrits lid van de NSB. In juli 1941 legt hij de ‘belofte van trouw’ af. Hij fungeert als verbinding tussen de Sicherheitsdienst (SD) en de gemeentepolitie. Eind 1943 wordt hij belast met het opsporen van illegale personen en het uitvoeren van opdrachten van de SD. Hij arresteert tijdens de oorlog tientallen Joden[9].

Beoogde locatie aanslag op Piet Gerrits
Bron: Regionaal Archief Tilburg

In januari 1944 arresteert agent Piet Gerrits een Joods echtpaar dat valse persoonsbewijzen heeft. De persoonsbewijzen voor het echtpaar zijn gemaakt door Wim Berkelmans en aan het echtpaar gegeven door Toon van Beek. Het risico bestaat dat Gerrits de betrokkenheid van Berkelmans en van Beek zal ontdekken. Berkelmans bespreekt het probleem tijdens een aantal beraadslagingen met Rob van Spaendonck, Harry Verbunt, Toon van Beek en Karel Aarts. Samen zien zij geen andere mogelijkheid dan een moordaanslag op Gerrits te plegen. Rob stelt zijn pistool voor de aanslag beschikbaar, een 9 mm Browning. Het wapen wordt vóór de aanslag bij van Beek thuis afgeleverd door Jan, de jongste broer van Rob. Berkelmans duikt onder in Amsterdam en houdt van daaruit contact met de anderen in Tilburg. Zoals het lemma van deze gebeurtenis beschrijft wordt de aanslag uitgevoerd op 24 januari 1944. De aanslag is verraden en mislukt. Albert Meintser wordt ter plekke aangehouden, Barend Busnac de volgende dag. Rob van Spaendonck, Harry Verbunt, Karel Aarts en Toon van Beek duiken onder, net als Wim Berkelmans heeft gedaan. Van Beek ontsnapt aan arrestatie en komt terecht in het oosten van Nederland, waar hij zijn verzetswerk voortzet en de oorlog overleeft. De overige vier worden alsnog gearresteerd.[10]

Arrestaties

Voordat hij wordt gearresteerd duikt Rob van Spaendonck samen met Verbunt en Aarts onder in Vlijmen bij Cis Suijs. Zij is een koerierster die later zal worden gearresteerd en daarna terechtkomt in Haaren, Vught, Ravensbrück en tenslotte het Agfacommando in München waar zij wordt bevrijd. Joop de Jong, alias Jan de Jong, helpt Verbunt en Aarts na hun onderduik in Vlijmen aan een onderduikadres in Doorn. De Jong, geboren in Vlaardingen in 1916, is een contact van Harry Verbunt. De Jong is onderhopman (een middenkaderfunctie) bij de Nederlandsche Arbeidsdienst (NAD) in Doorn. De NAD is een organisatie die de bezetter heeft opgericht om het Nederlandse volk op te voeden in de geest van het nationaalsocialisme. Rob blijft nog even in Vlijmen op een ander onderduikadres, bij Giel Mommersteeg, en gaat dan terug naar zijn ouderlijk huis op Sint Josephstraat 93 in Tilburg. Door verraad kan de Amsterdamse SD in Doorn een netwerk oprollen van zwarthandelaren en onderduikers. Verbunt, Aarts en De Jong worden eind februari 1944 bij deze actie van de SD gearresteerd. Alle drie komen zij in Kamp Haaren terecht, net als Berkelmans (in maart 1944 in Almelo gearresteerd), Busnac en Meintser - en Rob. Rob is op 27 februari 1944 ’s nachts gearresteerd. Om vier uur die nacht wordt door de SD aangebeld bij het ouderlijk huis van Rob. Janus van Rooij, de chauffeur-huisknecht, probeert nog tijd te winnen maar de SD-ers stormen naar boven. Daar verrassen zij Rob in bed. Rob wordt aangehouden in aanwezigheid van Piet Gerrits, wordt overgebracht naar de Willem-II-kazerne, waar de Duitse Ordnungspolizei zit, en wordt van daaruit naar Haaren vervoerd, waar hij Häftling nummer 2717 krijgt. Op 2 maart worden de onderduikverleners van Rob in Vlijmen bij een inval aangehouden.[11]

Kamp Haaren

Kamp Haaren is een van de 14 buitenkampen van Kamp Vught en bestaat van eind 1941 tot medio september 1944. Kampcommandant in 1944 is SS Obersturmführer Friedrich Beeck. De gevangenen in Haaren doen administratieve werkzaamheden voor de “Befehlshaber der Sicherheitspolizei und des SD”. Het kamp zit in het gebouw van het vroegere Grootseminarie van ’s Hertogenbosch. Het is tot begin 1943 een gijzelaarskamp en vanaf eind 1942 een politiegevangenis van de SD (“Polizeigefängnis und Untersuchungs Gefängnis”). Een aantal bekende Nederlanders heeft in het gijzelaarskamp gezeten, zoals Frits Philips (de president-directeur van Philips), de schrijver Simon Vestdijk, de historicus Johan Huizinga en de cabaretier Lou Bandy. De arrestanten voor de politiegevangenis worden door de SD in twee groepen onderscheiden. De eerste groep bestaat uit gearresteerden wegens “Grenzüberstritt”; in totaal hebben circa 1350 “grensoverschrijders” in de politiegevangenis gezeten, zoals smokkelaars, parachutisten, piloten en pilotenhelpers, Joden, onderduikers en ontsnapte gevangenen. De tweede groep, aangewezen voor onderzoek (“Untersuchung”), bevat ongeveer 1750 gearresteerden uit verzet en spionage. Onder hen zijn gedropte agenten uit het Englandspiel, medewerkers aan het drukken en verspreiden van de illegale krant “Trouw” (de Trouwgroep) en de gearresteerden van de verzetsgroep van Wim Berkelmans. Van de tweede groep zijn ongeveer 85 personen gefusilleerd.[12]

Kamp Haaren
Groot seminarie Haaren.jpg
Bron: www.gedenkplaats-haaren.nl

Sinds 1 mei 1943, na de aankondiging daarvan door Rijkscommissaris Seyss-Inquart in reactie op de April-Meistakingen van 1943, geldt voor het hele land het politiestandrecht. Zeven politiestandgerechten worden opgericht, waaronder het “Polizeistandgericht Herzogenbusch”. De rechtspraak wordt uitgeoefend door een college dat bestaat uit een SS-rechter als president en twee SS-officieren. Zij zijn bevoegdheid bepaalde sabotagehandelingen te berechten. De vonnissen in het kader van het politiestandrecht zijn streng, veelal wordt de doodstraf opgelegd en kort daarna uitgevoerd. Op 24 mei 1944 houdt het “Polizeistandgericht Herzogenbusch” zitting in een zaal van de politiegevangenis in Haaren. 15 gevangenen uit de politiegevangenis worden voorgeleid, inclusief de gearresteerde leden van de verzetsgroep van Wim Berkelmans. Aanvankelijk veroordeelt het Polizeistandgericht alle 15 ter dood. De leden van de groep van Berkelmans, inclusief Karel Aarts, krijgen de doodstraf vanwege de aanslag op Piet Gerrits. Voor De Jong, Verbunt en Busnac komt daar nog bij dat ze volgens de Duitsers onbevoegd een vuurwapen in bezit hebben gehad. Op het laatste moment wordt de doodstraf van Aarts omgezet in 15 jaar tuchthuis. Aarts belandt op 17 augustus 1944 vanuit Haaren in Kamp Vught en wordt, zo vertelt hij na de oorlog, van daaruit naar Duitsland gedeporteerd. Daar komt hij terecht in Kamp Sachsenhausen en vervolgens in Kamp Rathenau, een subkamp van Sachsenhausen, waar hij in 1945 door Russische troepen wordt bevrijd.[13]

Fusillades in de Loonse en Drunense Duinen

Op 26 mei 1944 worden de 14 ter dood veroordeelden uit hun cel in Kamp Haaren gehaald. Zij worden met vrachtauto’s van de Grüne Polizei naar de Loonse en Drunense duinen vervoerd, naar een plek nabij restaurant Bosch en Duin. Onder hen zijn Berkelmans, van Spaendonck, De Jong, Verbunt, Busnac en Meintser. Daar worden de 14 mannen in twee groepen van elk zeven man ingedeeld. Vervolgens worden beide groepen na elkaar gefusilleerd. Vlak voordat hij wordt doodgeschoten roept Rob van Spaendonck “Lang leve Wilhelmina”. De “höhere SS-und Polizeiführer Nordwest” plaatst op 26 en 27 mei 1944 een mededeling in de kranten waarin staat dat het doodvonnis is voltrokken. De moeder van Rob van Spaendonck krijgt van de terechtstelling van haar zoon geen officieel bericht, ze leest in de krant dat Rob is terechtgesteld. Drie stafleden uit Kamp Haaren zijn bij de terechtstelling aanwezig: Erich Liebing, chauffeur en kampbewaker, Friedrich Böhm, Oberscharführer en kampbewaker, en Albert Blankennagel, Sturmscharführer en ondercommandant. Aanwezig is ook de arts Dr. Ernst Zärtl, die de dood van de gefusilleerden moet vaststellen. Deze vier mannen zijn na de oorlog naar Nederland gehaald om de plaats van de fusillades aan te wijzen. Ondanks deze en andere zoekacties zijn de stoffelijke resten van de gefusilleerden nooit gevonden.[14]

Oorlogsmonument bij Bosch en Duin
OorlogsmonumentduinenB.jpg


Bidprentje Rob van Spaendonck
Bidprentje RFAI van Spaendonck.jpeg
Bron: Oorlogsgravenstichting

In Udenhout is achter restaurant Bosch en Duin een oorlogsmonument opgericht ter nagedachtenis van de gefusilleerden. Het monument is op 26 mei 2005 onthuld. In 1950 is in Tilburg een straat naar Rob vernoemd, de Rob van Spaendonckstraat. In 1983 wordt aan Rob postuum het verzetsherdenkingskruis toegekend.[15]

Gebeurtenis

Bronnen (selectie)

Dit is een selectie van bronnen, in de noten staan alle gebruikte bronnen.

Literatuur (selectie)

Dit is een selectie van de gebruikte literatuur, in de noten staat alle literatuur.

  • Rob van Putten, Piet Gerrits, Tilburgs meest gehate politieagent, Tilburg, Tijdschrift voor geschiedenis, monumenten en cultuur, jrg. 37, nr. 2, 2019.
  • Rob van Putten, Vier verzetsstrijders geëerd met een straatnaam, Tilburg, Tijdschrift voor geschiedenis, monumenten en cultuur, jrg. 36 nr. 2, 2018.
  • Ad de Beer en Gerrit Kobes, Het leven gebroken. De geschiedenissen van de Tilburgers die als gevolg van de strijd tegen Duitsland en de bezetting van Nederland om het leven kwamen, Tilburgse Bronnenreeks 4, Tilburg 2002.

Externe links

Bijlage - Terugblik op het Verraad

De aanslag op Piet Gerrits is op de avond van de aanslag, 24 januari 1944, verraden door Karel Aarts. Op 4 juli 1945 verhoort de Tilburgse Politie Recherche Afdeling (PRA) Barones Johanna Petronella van Heekeren van Brandsenburg over de aanslag. Zij is de echtgenote van Fred Ouwerling, heerbancommandant van de Weer Afdeling (WA) van de NSB en voormalig gemeentearchivaris van Tilburg. De Barones verklaart tijdens het verhoor dat zij door een onbekende persoon was opgebeld die haar zei agent Gerrits te waarschuwen omdat die in levensge¬vaar verkeerde. De Barones informeerde vervolgens Hendrik Boersma, korpschef van de Tilburgse politie en P.P.J. Pitz, kringleider van de NSB in Tilburg, over het voorval. Een aantal weken na de mislukte aanslag kwam bij haar, aldus de Barones, een meisje aan de deur. Ze stelde zich voor als de verloofde van de onbekende persoon die naar de Barones heeft gebeld en vertelde de Barones dat die onbekende persoon Aarts heet. [16]

Piet Gerrits bevestigt op 4 juli 1945 tijdens zijn verhoor door de PRA de verklaring van de Barones: volgens hem heeft Karel Aarts ‘s avonds rond 7 uur de Barones op de hoogte gesteld van de aanslag. Gerrits verklaart ook dat hij destijds via een ander door Pitz is gewaarschuwd voor de aanslag en dat hoofdagent Steenveld hem namens Boersma op het hart drukte zijn woning niet te verlaten (wat Gerrits overigens toch deed; wel nam hij die avond een andere route dan gewoonlijk tussen het hoofdbureau van politie aan de Bisschop Zwijsenstraat en zijn woning in de Le Sage ten Broekstraat). Tenslotte verklaart Gerrits dat hij aanwezig was bij het verhoor van Karel Aarts in Kamp Haaren. Aarts heeft toen volgens Gerrits gezegd dat hij de Barones van de aanslag op de hoogte had gesteld. Journalist Rudolph Constantinus Maria Emich verklaart tegenover de PRA dat hij op 24 mei 1944 samen met onder anderen Busnac in cel 105 in Kamp Haaren zat. Emich zegt dat Busnac hem vertelde dat Aarts had gezegd dat hij de politie voor de aanslag had gewaarschuwd. [17]

Aarts zelf verklaart bij de PRA dat hij had gemeend dat van de aanslag op Gerrits niets zou terechtkomen; Busnac en Meintser, die de aanslag zouden plegen, waren in zijn ogen nog kinderen. Aarts wilde niet met Busnac en Meintser samenwerken. Het werd de twee afgeraden, aldus Aarts, om de aanslag te plegen, maar Busnac en Meintser wilden doorzetten. Aarts besloot zich terug te trekken uit de aanslag en belde vanuit het kantoor van het Arbeidsbureau op de Heuvel met de Barones – hij durfde niet Gerrits zelf te bellen, aldus Aarts. [18]

De vraag waarom Aarts nu juist met de Barones heeft gebeld is nooit beantwoord. Bekend is wel dat het adres en telefoonnummer van haar echtgenoot gewoon in het adresboek van Tilburg van 1943 staan: “Ouwerling, F.H.M., gem. ambt., Zomerstr 54, tel 5136”. De Barones was dus eenvoudig te bereiken, als men althans met haar naam en adres bekend was. En in elk geval in NSB-kringen was dat zo. Op 5 februari 1943 rapporteert Volk en Vaderland, het weekblad van de NSB, namelijk het volgende. De Barones werd in 1933 lid van de NSB. De NSB kreeg via het woonhuis van het echtpaar voor het eerst vaste voet in Noord-Brabant en hun woning groeide gestaag uit tot de “geestelijke centrale der NSB in het Zuiden”. NSB’ers hielden er besprekingen en vergaderingen, sprekers die naar Noord-Brabant kwamen logeerden er. [19]

Noten

  1. RAT 16 Burgerlijke Stand Tilburg: geboorten, huwelijken en overlijdens; West Brabants Archief, Burgerlijke Stand geboorten Steenbergen; RAT 918 Bevolkingsregister 1900-1939; www.online-familieberichten.nl; www.bossche-encyclopedie.nl; https://www.monumententilburg.nl/monumenten/villa-rosegaerde/; Oorlogsgravenstichting, R. van Spaendonck, Oorlogsgravenstichting Afd. Binnenland, ’s-Gravenhage 7.3.1955; RAT 565, invnr. 209; RAT 659, invnr. 1533; Adresboeken Tilburg 1911-1948; ; B.J. van Spaendonck, Het laatste bedrijf. Van André van Spaendonck & Zonen naar Spandon. De geschiedenis van een familiebedrijf, Tilburgse Historische Reeks deel 12, Tilburg, Stichting tot Behoud van Tilburgs Cultuurgoed, 2004; Haar verhaal Het verzet van Tilburgse vrouwen in de Tweede Wereldoorlog. Astrid De Beer, Liesbeth Hoeven | Uitgever: Gianotten Printed Media.
  2. Haar verhaal Het verzet van Tilburgse vrouwen in de Tweede Wereldoorlog. Astrid De Beer, Liesbeth Hoeven | Uitgever: Gianotten Printed Media; https://sportgeschiedenis.nl/wintersporten/de-tweede-wereldoorlog-sloeg-diepe-wonden-in-de-prille-nederlandse-ijshockey-bond; Henk van Doremalen, 75 Jaar ijshockey in Tilburg. Tilburg Trappers 1938-2013, Tilburg 2014.
  3. BHIC 404a, 50, Handelsregister van de Kamer van Koophandel en Fabrieken te Tilburg; RAT 332 invnr. 32, Werknemersverklaring A. van Spaendonck, Tilburg; Marcel Boldorf, Tetsuji Okazaki (eds.) Economies under Occupation. The hegemony of Nazi Germany and Imperial Japan in World War II. London/New York, Routledge 2017; https://wikimiddenbrabant.nl/Spaendonck,_A.J._(Gezinskaart)_van; https://wikimiddenbrabant.nl/Spaendonck,_C.G.J.Z._(Gezinskaart)_van; https://wikimiddenbrabant.nl/Spaendonck,_F.A.J.M._(Gezinskaart)_van; Delpher, Nieuwsblad van het Zuiden, 15.3.1937; https://brabantsegesneuvelden.nl/personen/s; Nederland’s Patriciaat 40, 1954; RAT 16, Burgerlijke Stad overlijdens Tilburg; B.J. van Spaendonck, Het laatste bedrijf. Van André van Spaendonck & Zonen naar Spandon. De geschiedenis van een familiebedrijf, Tilburgse Historische Reeks deel 12, Tilburg, Stichting tot Behoud van Tilburgs Cultuurgoed, 2004.
  4. Rob van Putten, Vier verzetsstrijders geëerd met een straatnaam. Tilburg, tijdschrift voor geschiedenis, monumenten en cultuur, jrg. 36 nr. 2 (2018); RAT 484 Inv archief gemeentebestuur Tilburg nr. 4250 – Frans van Spaendonck; Rob van Putten, Piet Gerrits, Tilburgs meest gehate politieagent, Tilburg, jrg 37, nr. 2, 2019; Henk van Doremalen, 75 Jaar ijshockey in Tilburg. Tilburg Trappers 1938-2013, Tilburg 2014.
  5. Ad de Beer en Gerrit Kobes, Het leven gebroken, Stichting tot Behoud van Tilburgs Cultuurgoed, Tilburg, 2002; Tweede Kamer, Erelijst Gevallenen 1940-1945, p. 1029; Marie-Colette van Spaendonck, Welkom in huize Rosengaerde, voorheen het huis van mijn oma Maria van Spaendonck, z.d.
  6. https://wikimiddenbrabant.nl/Laura_de_Paepe; RAT 484 Inventaris archief gemeentebestuur Tilburg nr. 4250; Rob van Putten, Piet Gerrits, Tilburgs meest gehate politieagent, Tilburg, Tijdschrift voor geschiedenis, monumenten en cultuur, jrg 37, nr. 2, 2019; Delpher, Algemeen Handelsblad 26.5.1944; Delpher, Dagblad van Noord-Brabant 27.5.1944; Marie-Colette van Spaendonck, Welkom in huize Rosengaerde, voorheen het huis van mijn oma Maria van Spaendonck, z.d.; Henk Peters, Oorlogsmonumenten in Nationaal Park de Loonse en Drunense Duinen. Uitgever “’t Schoor, Heemcentrum voor Udenhout en Biezenmortel, 2019.
  7. BHIC 550 BS Geboorten Eindhoven akte 69; RAT 16 BS Huwelijken Tilburg akte 167; RHCE BR Eindhoven 1900-1920, f63; RHCE (OpenArch) BR Eindhoven 1921-1938; RAT 565, Inventaris 96, A.J.M. van Beek; RAT 410 Bidprentjes; Rob van Putten, Vier verzetsstrijders geëerd met een straatnaam, Tilburg, Tijdschrift voor geschiedenis, monumenten en cultuur, jrg. 36 nr. 2, 2018.
  8. RAT 16 BS Tilburg geboorten akte 1250, 12.9.1907; RAT 918 BR Tilburg 1900-1910, dl1516, f140; RAT 1182, Collectie adresboeken Tilburg, Adresboeken 1934, 1937, 1943, 1948, 1953, 1958, 1963; Rob van Putten, Vier verzetsstrijders geëerd met een straatnaam, Tilburg, Tijdschrift voor geschiedenis, monumenten en cultuur, jrg. 36 nr. 2, 2018.
  9. Rob van Putten, Piet Gerrits, Tilburgs meest gehate politieagent, Tilburg, Tijdschrift voor geschiedenis, monumenten en cultuur, jrg 37, nr. 2, 2019.
  10. Rob van Putten, Vier verzetsstrijders geëerd met een straatnaam, Tilburg, Tijdschrift voor geschiedenis, monumenten en cultuur, jrg. 36 nr. 2, 2018; Rob van Putten, Piet Gerrits, Tilburgs meest gehate politieagent, Tilburg, Tijdschrift voor geschiedenis, monumenten en cultuur, jrg 37, nr. 2, 2019; Ad de Beer en Gerrit Kobes, Het leven gebroken, Stichting tot Behoud van Tilburgs Cultuurgoed, Tilburg, 2002; RAT 565, Inventaris 96, A.J.M. van Beek; RAT 565 Proces-verbaal van de Politieke Recherche Afdeling Tilburg, nr. 1303, dossier 3832; B.J. van Spaendonck, Genealogie en familiegeschiedenis van Spaendonck 1350-2006, Stichting Joannes Antonius van Spaendonck, Tilburg, 2007.
  11. Rob van Putten, Vier verzetsstrijders geëerd met een straatnaam, Tilburg, Tijdschrift voor geschiedenis, monumenten en cultuur, jrg. 36 nr. 2, 2018; Rob van Putten, Piet Gerrits, Tilburgs meest gehate politieagent, Tilburg, Tijdschrift voor geschiedenis, monumenten en cultuur, jrg 37, nr. 2, 2019; Ad de Beer en Gerrit Kobes, Het leven gebroken, Stichting tot Behoud van Tilburgs Cultuurgoed, Tilburg, 2002; https://www.oorlogsbronnen.nl/thema/Nederlandsche%20Arbeidsdienst; https://www.nationaalarchief.nl/onderzoeken/archief/2.04.74; RAT 565, Inventarisnr. 214, H.A.A.P. Verbunt; https://www.brabantsheem.nl/cis-suijs-vlijmense-verzetsstrijdster/; https://brabantsegesneuvelden.nl/persoon/harrie-verbunt-tilburg-1909; RAT 484 Inventaris archief gemeentebestuur Tilburg nr. 4250 – W.A.J. Berkelmans; RAT 565, Inventarisnr. 96, A.J.M. van Beek; Erelijst Gevallenen, Johannes de Jong, 1916; OGS - NA 2.19.255.01, 71862A Johannes de Jong, 1916; RAT 336, 4 "NV Illa, Afd. Hero". Register met namen van personen aan wie en over welke periode financiële hulp is verleend door de organisatie, 1944; B.J. van Spaendonck, Genealogie en familiegeschiedenis van Spaendonck 1350-2006, Stichting Joannes Antonius van Spaendonck, Tilburg, 2007; Peter Bak, Duivels dilemma, De dood van 23 verspreiders van verzetsblad Trouw, Uitgeverij Verloren, 2019.
  12. https://www.concentratiekampen.eu/; https://www.gedenkplaats-haaren.nl/; https://www.oorlogsbronnen.nl/thema/Kamp%20Haaren; https://www.4en5mei.nl/oorlogsmonumenten/zoeken/952/haaren-monument-in-het-voormalig-grootseminarie; Archieven.nl, 250j Gijzelaarskampen (NIOD); https://gedenkplaats-haaren.5701crossmedia.nl/wp-content/uploads/2023/03/25-Johannes-Wilhelmus-van-Eijk.pdf.
  13. https://www.gedenkplaats-haaren.nl/collectie/verhalen/polizei-und-untersuchungs-gefangnis/; Rob van Putten, Vier verzetsstrijders geëerd met een straatnaam, Tilburg, Tijdschrift voor geschiedenis, monumenten en cultuur, jrg. 36 nr. 2, 2018; von Freitag Drabbe Kunzel, Het recht van de sterkste. Duitse strafrechtspleging in bezet Nederland, Amsterdam, Bert Bakker, 1999; Mededeling van de höhere SS-und Polizeiführer Nordwest, in Delpher, Dagblad van Noord-Brabant 27.5.1944; Rob van Putten, Piet Gerrits, Tilburgs meest gehate politieagent, Tilburg, Tijdschrift voor geschiedenis, monumenten en cultuur, jrg 37, nr. 2, 2019; Delpher, Algemeen Handelsblad 26.5.1944; Delpher, Dagblad van Noord-Brabant 27.5.1944; NA 2.19.255.01 408A, Persoonsdossier OGS Carolus Wilhelmus Johannes Aarts; Arolsen ITS 6.3.1.1. KL Herzogenbusch - Kaart Carolus W.J. Aarts; Archief Kamp Vught, Registratiekaart 250G, Carolus W.J. Aarts; Rob van Putten, Vier verzetsstrijders geëerd met een straatnaam, Tilburg, Tijdschrift voor geschiedenis, monumenten en cultuur, jrg. 36 nr. 2, 2018; oorlogsbronnen.nl; RAT 565, Inventarisnr. 37 Documentatie Fusillade Drunense Duinen: Tilburgsche Courant, 5.6.1945.
  14. Delpher; Algemeen Handelsblad 26.5.1944; Dagblad van Noord-Brabant 27.5.1944; RAT 565, Inventarisnr. 214 H.A.A.P. Verbunt: Gezinskaart 1921-1939, 64/954; PK oud 64/954 Verbunt; BS Overlijden Tilburg 26.5.1944; Tweede Kamer, Erelijst Gevallenen 1940-1945, f7307; Rob van Putten, Vier verzetsstrijders geëerd met een straatnaam, Tilburg, Tijdschrift voor geschiedenis, monumenten en cultuur, jrg. 36 nr. 2, 2018; http://www.4en5mei.nl/herdenken-en-vieren/oorlogsmonumenten/monumenten_zoeken/oorlogsmonument/2716; https://www.gedenkplaats-haaren.nl/collectie/verhalen/polizei-und-untersuchungs-gefangnis/; Delpher, Algemeen Handelsblad 26.5.1944; Delpher, Dagblad van Noord-Brabant 27.5.1944; Rob van Putten, Piet Gerrits, Tilburgs meest gehate politieagent, Tilburg, Tijdschrift voor geschiedenis, monumenten en cultuur, jrg 37, nr. 2, 2019; RAT archief 565, invnr. 37 Documentatie Fusillade Drunense Duinen: Brief van de Burgemeester van Drunen aan de Burgemeester van Bergen op Zoom, 6.11.1945; Delpher; Nieuwsblad van het Zuiden 30.5.1964; RAT 565, Inventaris van de collectie documentatie Tilburg 1940-1945, 1949-1995; RAT 484 Inv archief gemeentebestuur Tilburg nr. 4250 – Rob van Spaendonck; B.J. van Spaendonck, Genealogie en familiegeschiedenis van Spaendonck 1350-2006, Stichting Joannes Antonius van Spaendonck, Tilburg, 2007.
  15. Rob van Putten, Vier verzetsstrijders geëerd met een straatnaam, Tilburg, Tijdschrift voor geschiedenis, monumenten en cultuur, jrg. 36 nr. 2, 2018; RAT 565, invnr. 209 Rob van Spaendonck, gemeenteblad 1950 nr. 45; RAT 659, invnr. 1536 R3, Oorkonde d.d. 7 juli 1983, houdende de toekenning van het Verzetsherdenkingskruis aan Robert Franciscus van Spaendonck.
  16. RAT 565, Inventarisnr. 38/3 Proces-verbaal van de Politieke Recherche Afdeling Tilburg, nr. 1303, dossier 3832, betreffende het onderzoek inzake de aanslag op Piet Gerrits te Tilburg, 30 november 1945; Rob van Putten, Vier verzetsstrijders geëerd met een straatnaam, Tilburg, Tijdschrift voor geschiedenis, monumenten en cultuur, jrg. 36 nr. 2, 2018; Rob van Putten, Piet Gerrits, Tilburgs meest gehate politieagent, Tilburg, Tijdschrift voor geschiedenis, monumenten en cultuur, jrg 37, nr. 2, 2019; Nationaal-Socialistische Almanak 1943, Uitgegeven in opdracht van de Organisatieleider NSB, Maliebaan 35, Utrecht.
  17. RAT 565, Inventarisnr. 38/3 Proces-verbaal van de Politieke Recherche Afdeling Tilburg, nr. 1303, dossier 3832, betreffende het onderzoek inzake de aanslag op Piet Gerrits te Tilburg, 30 november 1945; Rob van Putten, Piet Gerrits, Tilburgs meest gehate politieagent, Tilburg, Tijdschrift voor geschiedenis, monumenten en cultuur, jrg 37, nr. 2, 2019.
  18. RAT 565, Inventarisnr. 38/3 Proces-verbaal van de Politieke Recherche Afdeling Tilburg, nr. 1303, dossier 3832, betreffende het onderzoek inzake de aanslag op Piet Gerrits te Tilburg. 30 november 1945.
  19. RAT 1182, Collectie adresboeken Tilburg, Adresboek 1943; Delpher, Volk en Vaderland, 5.2.1943 - Fr.H.M. Ouwerling. De man die zichzelf vormde; https://www.oorlogsbronnen.nl/thema/Volk%20en%20Vaderland.